Van 9 tot 13 september 2002 heb ik een wandelreis met Sindbad Reizen gemaakt. Wij logeerden in de Abdij van Aylesford, The Friars.
Hieronder een selectie van mijn foto’s van deze wandelreis.
de kust van Calais (F) vanaf de ferry Calais-Dover
Binnenplaats van klooster The Friars - Ons overnachtingsadres in Aylesford
Binnenplaats van klooster The Friars, Aylesford
Klooster The Friars, Aylesford
In binnentuin van klooster The Friars, Aylesford
Binnentuin van klooster The Friars, Aylesford
Uitzichtpunt op eerste wandeldag - Onderweg tussen Holly Hill en Rochester
Verwilderd glooiend pad door open landschap - Onderweg tussen Holly Hill en Rochester
Smal bospad over North Downs Way
Aylesford
Uitzichtpunt vanaf grashelling - Onderweg tussen Boxley en Leeds Castle
Af en toe was het flink klimmen door het glooiende landschap - Onderweg tussen Boxley en Leeds Castle
Bospad op route Boxley en Leeds Castle
Een leuke kuitenbijter was deze trap! - Onderweg tussen Boxley en Leeds Castle
Gelukkig konden we daarna weer langzaam omlaag - Onderweg tussen Boxley en Leeds Castle
Het eindpunt van wandeldag twee: Leeds Castle
Park bij Leeds Castle
Knole Park
Knole Park
House of Knole, Knole Park
Herten in Knole Park
Onderweg tussen Sevenoaks en Mereworth
Marja inspecteert een grote zwam op een boom - Onderweg tussen Sevenoaks en Mereworth
Onderweg tussen Sevenoaks en Mereworth
Fairlawne Estate - Onderweg tussen Sevenoaks en Mereworth
Bospad op de Weald Way - Onderweg tussen Sevenoaks en Mereworth
Een prachtige smal pad langs een heg - Onderweg tussen Sevenoaks en Mereworth
Lekker naborrelen en praten in de kleinste pub van Kent.
White Cliffs of Dover vanaf ferry Dover-Calais
Onze wandelgroep - Bovenste rij (staand): Froukje, Hanneke (niet te zien), Piet, Eva, Ria, Addy - Middelste rij (staand): Ans, Felice, Marjan, Miet, Montse, Anita (gids), Marja - Onderste rij (zittend): José, Sander
Voorbereiding
Na mijn wandelvakantie in Tsjechië afgelopen zomer heb ik een aantal mooie eendaagse wandelingen gemaakt. Pittige tochten door de duinen om mijn kuiten te trainen heb ik dit keer niet gemaakt. Wel heb ik een aantal dingen nog aangeschaft, zoals een poncho (handig voor in de regen), een enkelbondage (rechterenkel gezwikt in Tsjechië), gaasjes, watervaste pleisters op maat en tabletten om mijn drinkfles mee te reinigen.
Dag 1) Transfer bus Breda – Aylesford, via ferry Calais – Dover
Ik ging al vroeg op stap om op tijd mijn trein te halen. Gelukkig plan ik genoeg ruimte in, anders had ik te laat aangekomen bij de opstapplaats in Breda. Vanaf het busstation werd ik samen met nog 14 andere wandelaars door twee minibusjes naar Calais gebracht, om vervolgens daar op de ferry te stappen naar Engeland. Ik heb onderweg echt genoten van het weer (veelal regen). Een goed begin is het halve werk, maar ik hoopte toch op ander weer de rest van de week. In Calais regende het gelukkig niet meer, echter hadden we (letterlijk) de boot naar Dover gemist. Na ongeveer een uur wachten konden we alsnog gesplitst in twee groepen op de boot. Het leuke ervan was dat acht personen lopend moesten en de rest met gids en de bagage in het minibusje (er ging maar één mee naar Kent). Na verkeerde informatie van de Fransen bleek dat onze groep op twee ferries was ingescheept. Ze voerden wel allebei naar Dover, maar toch. Zelf heb ik ondanks het zwaar bewolkte weer tijdens de overtocht op het bovendek gezeten. Na een tijdje kon ik voor het eerst ‘the White Cliffs of Dover’ zien. Helaas kon je geen goede foto’s maken. Onze groep werd na aankomst in Dover direct gebracht naar de overnachtingplaats, een 12e-eeuws Karmelietenklooster the Friars in Aylesford. De groep wandelaars op hun beurt hadden een kleine twee uur de tijd om Dover te bezichtigen. Na aankomst van de tweede groep bij het klosster hadden we van de heenreis best wel trek gekregen. Het was al rond zevenen en volgens onze reisgids was in het dorp waar we zouden gaan eten, de kok van het eetcafé ziek. Na overleg met de deftige (te horen aan het Engelse accent) receptioniste van het klooster reed zij voor ons busje uit naar nabijgelegen Inn (=restaurant). De eerste avondmaaltijd bleek gelijk een succes te zijn. Ik bestelde een medium steak en een pint (halve liter) Engels bier. Het vlees vond ik taai en er zat een deel zenen in. Het bier vond ik naar mijn smaak niet sterk genoeg; ik wilde immers wel wat proeven. Een paar anderen hadden als maaltijd brie besteld; oftewel een paar blaadjes sla met twee dunne plakjes brie. Niet echt maagvullend na zo’n reis. Als klapper achteraf: de rekening van 18 pond (± 28,50 euro). Dat was even slikken.
Dag 2) Holly Hill » Rochester (14km)
De tweede dag begon al vrij vroeg in de ochtend. Ik sliep in een apart bijgebouw met ruim 35 kamers vlak naast het klooster. In dit gebouw kon je de soberheid goed zien. Mijn eenpersoonskamer was ca. 2×3 meter groot met een wastafel, bureau, stoel en natuurlijk een bijbel. Douche en toilet waren niet op de kamer en maar op een aantal plaatsen op de gang. Ik dacht dat dit problemen op zou leveren gezien de vele kamers, maar gelukkig heb ik er weinig last van gehad. Na een vroege douche rond half zeven volgde om kwart over acht het ontbijt in de eetzaal van het monumentale gebouw ‘The Pilgrims Hall’. Over het Engelse ontbijt had ik voor deze reis al vele verhalen gehoord. Het zou zwaar op de maag liggen enz. Vooraf had ik elke ochtend een kom warme havermoutpap en daarna een bord met een ei, spek, witte bonen in tomatensaus of -puree, worstjes, geroosterd brood en een enkele keer soort rosti. Op de witte bonen na, een heerlijk ontbijtje. Ontbijtje, want voor de middag had ik meestal twee sandwiches met kip of vis (driehoekverpakking) erbij op. Voor het wandelen vond ik het te weinig. Een tweede keus had je bij het klooster niet. Voor het wandelen was ik in de tweede groep ingedeeld. In de tussentijd dat de eerste groep wandelaars naar het beginpunt werden gebracht heb ik mooi de tijd gehad om de tuin van het klooster te bekijken. Vanaf ‘s ochtends vroeg was het prachtig weer. Er stond een strak blauwe lucht en het zonnetje scheen. De tuin bestond uit een mooi laan bomen, diverse kapelletjes en een serie witte rozenstruiken. In deze tuin kon je echt bijkomen. Na een tijdje haalde de gids ons op met het minibusje en na een bezoek aan een supermarkt voor een lunchpakket werden we afgezet in Trosley Country Park. Vanaf hier heb ik een groot stuk over de North Downs Way, een lange afstand wandeling van 246km tussen Farnham en Dover, gelopen. Het begin van de route liep door dicht begroeide bossen en soms over smalle paadjes met aan beide kanten doornstruiken. Af en toe zag je een vergezicht op het heuvelland van Kent. De routebeschrijving was op één punt na duidelijk; na ca. 1 à 2 km moesten we in het bos linksaf een trap af. Toch een groot verschil lijkt me. Twijfel was eigenlijk niet nodig, want het bleek een steile helling te zijn en verderop was de trap goed te vinden. Even verder -net buiten het bos- hebben we op een steile grashelling een pauze ingelast voor een lunchpauze. Het publiek: een stuk of dertig Engelse koeien die kunstjes deden (de medewandelaars weten wel wat ik bedoel). Na deze onderbreking ging de route verder via een behoorlijke afdaling en vervolgens door licht glooiende open landschappen met weilanden en akkers. Na het oversteken van een spoorlijn zonder slagbomen (voor je het wist raasde er een trein voorbij) een stevige klim door een akker. Een goede kuitenbijter. In het zonnetje was het best warm op te lopen. Na deze klim liepen we via een onverhard pad een dorp in waar we bij een Inn werden opgewacht door onze reisbegeleidster. ‘s Avonds hebben we de eerste ervaringen uitgewisseld. In de eerste wandelgroep had men niet goed met elkaar rekening gehouden. Zo was de groep in tweeën uit elkaar gevallen en hadden drie wandelaars de weg kwijt geraakt. Voordeel voor hun was dat zij in een dorp iemand aanspraken voor de weg en deze in zijn Jaguar naar het eindpunt had gebracht. Het eten was ditmaal beter. Ik heb Sheppards Pie (schapenvlees met gesmolten kaas) gegeten in een eetcafé van ons dorp Aylesford. Samen met een pint en een Ierse koffie achteraf ‘slechts’ 11 pond ditmaal.
Dag 3) Boxley » Leeds Castle (12km)
Na een warme douche en een poetsbeurt van mijn schoenen op de binnenplaats stond er ‘s ochtends weer een Engels ontbijt voor me klaar. Tijdens het ontbijt werden de wandelgroepen in een langzame en snelle wandelgroep ingedeeld om problemen van een dag eerder te voorkomen. Daarnaast was er de mogelijkheid om in de ochtend een wandeling tot halverwege te maken om vervolgens ‘s middags een bezoek te brengen aan Leeds Castle en de kasteeltuinen. De toegangsprijs was pittig: 11 pond (ruim 17 euro). Ik koos zelf voor een hele dag wandelen en liep zo in de tweede groep. De eerste vertrok al vrij snel na het eten. De tweede groep zou ongeveer drie kwartier later voor ‘het kleinste café van Kent’ in Aylesford opgehaald worden. In de tussentijd konden we rustig onze spullen pakken, naar ons dorp wandelen (ca. 10 minuten) en in de buurtsuper boodschappen doen voor onderweg. Zelf heb ik tweemaal verpakte sandwiches gekocht. Tevens op de foto gezet voor ‘the little pub’. Al snel kwam onze gids ons ophalen. Het begin van deze wandeling was behoorlijk pittig. Na een lichte klim door een weiland ging een smal bospad vervolgens steil omhoog. Ik liep al snel op kop en dacht dit ‘even’ te doen. Halverwege moest ik al stoppen. Ik had een dag eerder gemerkt dat ik niet geheel door mijn neus kon ademen en dat speelde me tijdens de klim parten. Eenmaal boven had ik het gevoel dat het niet zo hoog was. Dit was optisch bedrog, want op een open plek in het bos kon je kilometers ver het open landschap van Kent zien. Na wat drinken zijn we verder gewandeld over een plateau (North Downs Way) met aan de linkerkant een stukje bos en aan de andere kant een afgrond met dichte begroeiing. Het pad liep dwars door het bos en het tempo (± 6 km per uur) zat er vanaf het begin goed in. Na een tijdje moesten we ook een aardig pittig stukje afdalen. Niet zo erg als ik gewend was in Tsjechië afgelopen zomer, maar je kon best uitkijken met de boomwortels en hellingsgraad. Na ongeveer een uur wandelen en aan het einde van de afdaling moesten we een drukke verkeersweg oversteken. Hier kwamen we de eerste groep wandelaars al tegen. Kan je nagaan hoe snel we het eerste uur hadden gelopen. Vanaf hier liepen we een groot stuk door licht glooiend landschap met mooie uitzichten op de plaats Maidstone. Tot slot een afdaling op een geasfalteerde bosweg naar Thurnham. In dit gehucht zat een pub en tevens het punt waar de groepen gesplitst zouden worden in een groep wandelaars en kasteelbezoekers. Een kop koffie: twee pond (3,16 euro). Hoezo Engeland prijzig? Na deze pauze liepen we met zijn achten via hetzelfde pad terug om vervolgens weer het bos in te lopen. Soms smalle paden langs een afgrond en trappen omhoog en omlaag. Mooie gedeelte van de wandeling. Tevens konden ik en een paar andere wandelaars merken wat het was om zonder gids te wandelen. Direct rechts een afdeling maken naar een weiland of nog even op hoogte blijven en dan pas afdalen? Zin in praktijken zoals de dag ervoor hadden we niet, dus na een aarzeling toch maar de enthousiaste stand-in-gids gevolgd. Dat bleek ook het juiste achteraf. Net uit het bos gekomen direct afdalen door een weiland. Op dat moment zag je het eerste deel van de groep al halverwege, terwijl een wandelaar van onze groep last had van een blaar onder zijn voet. We hebben even gestopt om dit te verhelpen. Beter stoppen dan met pijn en moeite doorlopen. Ik ben naar de anderen toe gelopen om ze te verwittigen over hoe of wat. Na de behandeling liepen we rustig verder door. Veelal door open landschap. Af en toe langs een heg, afrastering of moesten we over een hekje klimmen. Na een tijdje kwamen we bij een station terecht en moesten we onze weg vervolgen richting een dorp. Nou ja vervolgen…na wat bramen geplukt te hebben. In het dorp liepen we op smal grindpad langs coniferen om weer een weiland te doorkruisen. Even met een brug de snelweg oversteken en door een klein stukje bos wandelen. Iets verderop liepen we een paar honderd meter langs een drukke verkeersweg. Al snel zagen we onze gids staan. Samen liepen we via de achteringang en over een golfbaan richting Leeds Castle. Net nadat ik een foto had genomen van het prachtige kasteel werden we door een parkwachter gesommeerd een kaartje te kopen of anders het park te verlaten. Jammer, maar zo waren de regels eenmaal. Gelukkig was er dichtbij in de buurt een pub, waar tevens het busje stond geparkeerd. ‘s Avonds lekker gegeten in een dorpje dichtbij en niet duurder dan anders.
Dag 4) Sevenoaks » Mereworth (16km)
Vrij snel na het ontbijt ging de eerste groep al op pad. Voor het startpunt van deze wandeling moest er ca. één uur gereden worden. De groep met langzamere wandelaars inhalen zat er vandaag dus niet in. ‘s Ochtends heb ik eerst lekker rustig aangedaan om daarna in Aylesford geld op te nemen en een paar sandwiches voor onderweg te kopen. De wandeling van vandaag begon in Knole Park. In dit park lag ‘the House of Knole’, een landhuis wat vroeger van de koninklijke familie was geweest en op dit moment het grootste huis in particulier bezit. The house of Knole staat bekend om zijn kostbare schilderijen, versieringen en bekende meubelen uit de zeventiende eeuw. Rondom het landhuis lag een 404 hectare groot hertenkamp. Over goed geasfalteerde paden liepen we het begin van de route door dit mooie park. Er stonden wel bordjes dat de loslopende herten gevaarlijk konden zijn, maar van een kleine afstand heb ik toch diverse foto’s van ze kunnen maken. Wat mij ook opviel waren de grote stukken glooiend open landschap met in het midden slechts een paar bomen erin. Na het landhuis gepasseerd te zijn – een bezoek was ook mogelijk – ging onze wandeling verder over een golfbaan en wat later liepen we het bos in. Al vrij snel hebben we midden in het bos een rustpauze ingelast. Het tempo zat er deze ochtend nog niet echt in. De avond ervoor was het behoorlijk gezellig geweest in het eetcafé. Zo heb ik o.a. een pint Murphy’s Stout (Iers bier) geproefd. Lekker hoor. Na deze pauze vervolgde we onze wandeling door het bos, langs boomgaarden en weilanden. Af en toe was de route glooiend, maar minder dan de dag ervoor. Sommige paden waren smal en liepen door dichte struiken, op andere lagen ongelijke kleine stenen of boomwortels maakte het wandelen moeilijker. In het bos hebben we ook een grote zwam aan een boom zien hangen. Echt mooi. Iets verderop liepen we ook over een landweg en een verharde weg. Net uit het groen passeerden we een ander landhuis: Ightham Mote uit de 14e eeuw. Hierna ging onze weg dwars door de weilanden. Vervolgens weer een kleine stop, omdat een medewandelaar (dezelfde als gisteren) slecht kon lopen met een blaar onder zijn voet. Hij werd even onder handen genomen door vier vrouwelijke wandelaars. Toch met zijn allen verder gelopen. Eerst een stukje over een breed bospad en vervolgens langs Fairlawne Estane. Een goed voorbeeld van een huis en tuin in Engelse stijl. Even verder dwars een weiland overgestoken. Graslanden, een paar bomen en een hek. Meer zag je in de wijde omtrek niet. Van onze gids hadden we aan het begin van deze wandeling gehoord dat om half drie ‘s middags de pub in het dorp Plaxtol zou sluiten. Makkelijk te halen dachten wij vooraf. Dus niet. Rond half drie kwamen we pas in het dorp aan. Acht kilometer in ruim drie uur. Niet echt snel voor wandelbegrippen. Net voor de pub besloten we dan ook om in een dorpswinkeltje wat te halen en te rusten. Een stukje verder -bij de pub- stond onze gids op ons te wachten. Even een snel praatje en we liepen met zijn allen door voor de rest van de route. Althans de wandelaar die last had van zijn blaren zat er doorheen. Na wat twijfels zijn we zonder hem door gegaan. We dachten dat hij het busje in zou stappen. Al vrij snel ging onze route over een smal pad langs een boomgaard een heuvel op. Best lastig klimmetje, maar het tempo zat er nu wel goed in. Op een splitsing even een appeltje pikken uit de boomgaard en verder omhoog het bos in te lopen. Boven op de heuvel moesten we bordjes van ‘the Weald Way’ volgen. Mooi pad om te lopen. Ik kon hier ook even naar voren sprinten om een foto van voren te nemen. Weer is wat anders dan allemaal ruggen op de foto. Dit wandelpad dwars door het bos hebben we een aantal kilometers gevolgd. Uiteindelijk kwamen we in gehucht terecht en liepen we een klein stukje over een verharde weg. Vervolgens na een aangegeven huis een pad langs een brede heg gevolgd. Het pad zelf was net één persoon breed en door de heg zag je aan die kant niets anders dan die heg. Aan de andere kant waren er allemaal struiken. Na een paar honderd meter ging het pad over in een bospad. Aan het einde van dit bospad kwamen bij ons eindpunt aan. Het minibusje zagen we net wegrijden. Onze gids bracht de eerste groep wandelaars terug naar het klooster. Het laatste stuk hadden we zo’n 6 km per uur gelopen. Na een lekkere pint en een uur wachten kwam onze gids ons ophalen. Althans dat dachten we. Onze medewandelaar van het eerste stuk was niet in het busje gestapt, maar alleen verder gelopen. Gezien de soms onduidelijke splitsingen onderweg vroegen we ons af of dat wel goed zou gaan. Even later kwam hij binnen lopen, oftewel beter gezegd: gelukig door een Bentley de pub afgezet; de route was niet makkelijk. ‘s Avonds in het eetcafé in Aylesford heb ik een lekkere moot zalm gegeten. Hierna zijn we nog met een klein groepje naar ‘the little pub of Kent’ gegaan. We waren net op tijd om nog iets te drinken te bestellen. In Engeland word er namelijk na elf uur ‘s avonds in principe niet meer geschonken. Om kwart voor elven kwamen we binnen en om elf uur hadden we pas ons drinken. Even een foto nog maken en wat bij kletsen. Dat werd ons niet geheel in dank afgenomen. Een Engelsman in beschonken toestand begon vervolgens kritiek te uiten en kwam toen wij weg gingen (23:15) mee naar buiten. Er is gelukkig niets ernstigs gebeurd door tijdig ingrijpen van de barman.
Dag 5) Transfer by bus – Aylesford – Breda, via ferry Dover – Calais
Op de laatste dag moest ik vroeg opstaan. Samen met de andere wandelaars die nog niet in Dover geweest waren, kregen we in een apart zaaltje ons ontbijt. Geen typisch Engels ontbijt ditmaal, maar geroosterd brood met jam en marmelade. Om acht uur zouden we namelijk al vertrekken. De andere wandelaars zouden later opgehaald worden. Rond kwart voor tienen kwamen we in Dover aan en werden we aan de rand van het centrum van Dover afgezet. Het verzamelpunt zou om elf uur de vertrekhal van de ferry zijn. We hadden dus zo’n vijf kwartier de tijd. Wat te doen in zo’n korte tijd? Sightseeing in Dover? Ik had nog zo’n tien Engelse ponden over en wie weet kon ik er nog wat leuks van kopen. Vanaf het marktplein in het centrum hadden we een mooi uitzicht op Dover Castle. Helaas te weinig tijd om het te bezichtigen. Waarschijnlijk had je dan mooi over Dover kunnen kijken. We zijn wel door een lange winkelstraat gelopen. Op zich was Dover niet zo groot, maar we bleven zo veel mogelijk bij elkaar om elkaar niet kwijt te raken. Het had zo zijn voordelen. Toen ik achter een medewandelaar een kaartenwinkel binnen liep, zag ik een rek met allerlei kalenders staan. In deze winkel heb ik een kalender van 2003 over Kent en een stel kaarten gekocht. Na een klein uur zijn we naar de havenpoort gelopen om op de boot te stappen. In tegenstelling tot de heenreis was het dit keer wel prachtig weer en zaten we met zijn allen op dezelfde boot. Een groot deel -ik ook- heeft dan ook lekker in het zonnetje op het bovendek gezeten. De bekende witte krijtrotsen ‘the White Cliffs of Dover’ heb ik nu wel goed op de foto kunnen zetten. In Frankrijk stond een tweede minibusje op ons te wachten en na een rondje door Calais zijn we richting huis gereden.
Een foto van deze wandelreis ‘The House of Knole’ is later gebruikt in de marketingcampagne van Visit Britain en Ogilvy & Mather. |